Vannacht besefte ik het volgende, in retrospectief ben ik een belangrijk moment vergeten te documenteren in de looptijd van het mijn onderzoek. Dit wil ik bij dezen nog opnemen en kan als tussenevaluatie dienen:

Op 30 november had ik tijdens de onderzoek zaterdag een gesprek met Ief Spincemaille. Hij is kunstenaar en heeft een wonderlijke, wendbare creatie ‘Rope’ gemaakt. ‘Overal waar Rope komt, levert het dialoog en verwondering op — participatietheater bij uitstek. (bron: https://www.flandersdc.be/nl/magazine/ief-spincemaille-rope)

Toen ik hem vertelde dat ik de relatie kunst en positieve gezondheid wilde onderzoeken, reageerde hij wat verbaasd: ‘Dat is toch al lang onderzocht, en gebleken dat kunst een positief effect heeft op de gezondheid? Dat had ik natuurlijk ook al wel ontdekt (zie bronnenlijst #1 en #2). Echter, hoe en dat je dit in de praktijk vormgeeft, is nog niet vanzelfsprekend, blijkt ook uit onderzoek.

Hieronder conclusies en aanbevelingen uit het onderzoek ‘Kunst en Positieve Gezondheid’ van LKCA, Movisie en Windesheim uit 2017. Ik heb vet gemaakt wat ik aansprekend vind en onder andere aan de basis ligt van mijn eigen idee: ‘Het Patchwork, een veilige manier om oefenen te voelen’. Het kunstwerk ‘Rope’ en de manier hoe dit kunstwerk dialoog oproept heeft ook bijgedragen aan mijn idee voor het patchwork.

‘Kunst en Positieve Gezondheid’

Conclusies

Op basis van de bevindingen van de drie deelstudies trekken we de volgende conclusies:

  1. In de praktijk is er een groot en toenemend aantal culturele interventies in de langdurige zorg en ondersteuning in Nederland. Het faciliterend en uitvoerend beleid blijft daarbij achter.
  2. Internationaal zijn er nog weinig effecten bekend van culturele interventies in de langdurige zorg en ondersteuning op Positieve gezondheid van deelnemers. Onderzoek blijft achter bij praktijk. Passende bewijzen (evidence) en overtuigende voorbeelden (impact) zijn gewenst.
  3. Kansrijke onderzoek- en ontwikkelrichtingen op het gebied van culturele interventies liggen in de ouderenzorg en GGZ (doorontwikkelen) en extramurale zorg (stimuleren).

Kunst en Positieve Gezondheid

5

Dat vergt faciliterend beleid en financiering, samenwerking tussen professionals en co-creatie met deelnemers op de werkvloer en passende methoden van praktijkonderzoek.

Aanbevelingen

In gesprekken met stakeholders zijn veel en verschillende adviezen gegeven op grond van de bevindingen van de kennissynthese. Daaruit destilleerden we een lijst met kernpunten.

Beleid

1. Ontwikkel faciliterend domeinoverstijgend beleid en stuur meer op duurzame financiering en implementatie

Culturele interventies zijn vaak incidenteel, eenmalig gefinancierd uit potjes van uiteenlopende aard. Na afloop van de financiering verdwijnt niet alleen het project maar ook de opgedane kennis. Dat komt niet ten goede aan de ontwikkeling van de kennisdeling en opbouw.

2. Stel meer intermediairs en interne aanjagers aan
Het ontbreken van vaste structuren voor culturele interventies, de tijdelijkheid van culturele projecten en de onbekendheid met dit soort projecten maken het moeilijk om culturele interventies te starten in de zorg. Dat vergt extra inspanning en investeringen. Er moet draagvlak gecreëerd worden bij personeel, familie en deelnemers. Daarvoor zijn intermediairs tussen de zorg- en cultuursector nodig en aanjagers in de zorginstelling.

3. Geef aandacht aan culturele interventies in kunst- en zorgopleidingen
Om culturele interventies uit te voeren zijn competenties nodig. Naast theoretische kennis draagt het meemaken van culturele interventies in de praktijk bij aan het ontwikkelen van competenties van studenten in kunst- en zorgopleidingen

Onderzoek

1. Investeer in onderzoek(smethoden) naar culturele interventies en maak werkzame elementen inzichtelijk

Effecten op de Positieve gezondheid en werkzame ingrediënten van culturele interventies zijn met bestaande onderzoeksbenaderingen moeilijk zichtbaar te maken. Er is behoefte aan slimme methoden van praktijkonderzoek die passen bij de waarden en opbrengsten van deze interventies.

Praktijk

1. Ontwerp criteria voor de werving en selectie van competente kunstenaars en uitvoerders

Kunst en Positieve Gezondheid

6

Een succesvolle culturele interventie kan niet gegarandeerd worden door een goed plan of protocol. Dit vergt ook goede kunstenaars en uitvoerders met gevoel en vaardigheden voor de interventie en de deelnemers.

2. Ontwikkel culturele interventies in co-creatie met deelnemers
Hoewel op grond van de effecten op Positieve gezondheid daar nog geen uitspraak over te doen is, lijken de culturele interventies die ontwikkeld zijn in co-creatie met deelnemers beter aan te sluiten bij de (leef)wensen en deelnemers meer te activeren. Betrokkenheid van deelnemers vanaf de eerste ontwikkelfase lijkt een voorwaarde voor het slagen van een project.

3. Geef kunst de ruimte
Anders dan in de evidence based-benadering in de zorg is de kunst in de zorg niet gebaat bij protocollen. Kunst zal pas werken wanneer een zekere vrijheid, speelsheid en onvoorspelbaarheid over de uitkomsten van de culturele interventie wordt toegestaan. Dit past niet zo goed bij de huidige evidence based practice-cultuur in de langdurige zorg en ondersteuning. Dit vergt een cultuuromslag naar een minder regelgerichte manier van werken die al gaande is in de zorg, en daar kunnen kunstenaars met hun ervaring en competenties een bijdrage aan leveren.
(bron: https://lkca.nl/wp-content/uploads/2020/01/kunst_en_positieve_gezondheid_herziene-versie_2017.pdf)

Mijn artistieke onderzoek:

In het Radboudumc is in het kunstbeleid opgenomen ruimte te willen geven aan kunstenaars om op een andere manier ontmoetingen te laten plaatsvinden, sluit aan bij punt 3 van het onderzoek: ‘Geef kunst de ruimte.’ Voor mij betekent dat, dat ik in het open atelier van de Blue Zone dit kan laten gebeuren. Dit initiatief, de Blue Zone, kan zo voor een deel tegemoet komen aan punt 1 van het voorgestelde beleid van het onderzoek: 1. Ontwikkel faciliterend domeinoverstijgend beleid en stuur meer op duurzame financiering en implementatie. Culturele interventies zijn vaak incidenteel, eenmalig gefinancierd uit potjes van uiteenlopende aard. Na afloop van de financiering verdwijnt niet alleen het project maar ook de opgedane kennis. Dat komt niet ten goede aan de ontwikkeling van de kennisdeling en opbouw. De Blue Zone is op dit moment nog wel een pilot, de wens is om dit vast te implementeren. Nu elke week in het open atelier aan een patchwork wordt gewerkt, dat steeds meer vorm en aandacht krijgt, wordt hier letterlijk zichtbaar wat er gebeurt. En tijdens dit proces ervaren en beleven patiënten, maar ook het verpleegkundig personeel welk gunstig effect het heeft om mee te werken.

Door ook met studenten van de afdeling Mens en Maatschappij van de Hogeschool Arnhem Nijmegen aan het patchwork te werken, kom ik tegemoet aan punt 3 van ‘Beleid’: Geef aandacht aan culturele interventies in kunst- en zorgopleidingen. Om culturele interventies uit te voeren zijn competenties nodig. Naast theoretische kennis draagt het meemaken van culturele interventies in de praktijk bij aan het ontwikkelen van competenties van studenten in kunst- en zorgopleidingen.

Met mijn artistieke onderzoek wil in de praktijk uitvoeren en uitproberen wat al eerder is onderzocht: de relatie ‘Kunst en Positieve Gezondheid’, uit de onderzoeken blijkt de waarde. Hoe kan het een vaste plek in het ziekenhuis krijgen? En hoe kan een nare heftige gebeurtenis ook leiden tot inzichten die bijdragen aan persoonlijke ontwikkeling? In mijn onderzoek is de vraag ‘Wat is jouw Beschermjas en hoe kan je dit vormgeven’ uitgangspunt om hier over na te denken. Het zou heel waardevol zijn als dit teweeg brengt dat bij een diagnose deze vraag symbool staat om bespreekbaar te maken wat een patiënt zelf en met de naaste omgeving kan inzetten om beter door een behandeling heen te komen. Sluit aan (deels) bij:

2. Ontwikkel culturele interventies in co-creatie met deelnemers
Hoewel op grond van de effecten op Positieve gezondheid daar nog geen uitspraak over te doen is, lijken de culturele interventies die ontwikkeld zijn in co-creatie met deelnemers beter aan te sluiten bij de (leef)wensen en deelnemers meer te activeren. Betrokkenheid van deelnemers vanaf de eerste ontwikkelfase lijkt een voorwaarde voor het slagen van een project.